Hervormde Gemeente Scherpenisse

kerk

Toggle Navigation
  • Home
  • Kerkdiensten
  • Luisteren
  • Verenigingen
  • Kerkblad
  • De Hoeksteen
  • Historie
  • Orgel
  • ANBI
    • ANBI Diaconie
    • ANBI Kerk
  • Contact

banner

 

1996-06-09

Datum
zondag 9 juni 1996
Predikant
ds. H. Penning
Tekst
2 Koningen 5 : 10
Beluister preek
Beluister dienst
  • Tekst
    Toen zond Elisa tot hem een bode, zeggende: Ga heen en was u zevenmaal in de Jordaan, en uw vlees zal u wederkomen, en gij zult rein zijn.
  • Zingen
    Psalm 146:1 en 3
    Psalm 147:2 (na de geloofsbelijdenis)
    Psalm 32:1, 3 en 5
    Psalm 126:2
    Psalm 105:1 en 3
  • Schriftlezing
    1 Naaman nu, de krijgsoverste van den koning van Syrie, was een groot man voor het aangezicht zijns heren, en van hoog aanzien: want door hem had de HEERE den Syriers verlossing gegeven: zo was deze man een strijdbaar held, doch melaats.
    2 En er waren benden uit Syrie getogen, en hadden een kleine jonge dochter uit het land van Israel gevankelijk gebracht, die in den dienst der huisvrouw van Naaman was.
    3 Deze zeide tot haar vrouw: Och, of mijn heer ware voor het aangezicht van den profeet, die te Samaria is, dan zou hij hem van zijn melaatsheid ontledigen.
    4 Toen ging hij in en gaf het zijn heer te kennen, zeggende: Zo en zo heeft de jonge dochter gesproken, die uit het land van Israel is.
    5 Toen zeide de koning van Syrie: Ga heen, kom, en ik zal een brief aan den koning van Israel zenden. En hij ging heen, en nam in zijn hand tien talenten zilvers, en zes duizend sikkelen gouds, en tien wisselklederen.
    6 En hij bracht den brief tot den koning van Israel, zeggende: Zo wanneer nu deze brief tot u zal gekomen zijn, zie, ik heb mijn knecht Naaman tot u gezonden, dat gij hem ontledigt van zijn melaatsheid.
    7 En het geschiedde, als de koning van Israel den brief gelezen had, dat hij zijn klederen scheurde, en zeide: Ben ik dan God, om te doden en levend te maken, dat deze tot mij zendt, om een man van zijn melaatsheid te ontledigen? Want voorwaar, merkt toch, en ziet, dat hij oorzaak tegen mij zoekt.
    8 Maar het geschiedde, als Elisa, de man Gods, gehoord had, dat de koning van Israel zijn klederen gescheurd had, dat hij tot den koning zond, om te zeggen: Waarom hebt gij uw klederen gescheurd? Laat hem nu tot mij komen, zo zal hij weten, dat er een profeet in Israel is.
    9 Alzo kwam Naaman met zijn paarden en met zijn wagen, en stond voor de deur van het huis van Elisa.
    10 Toen zond Elisa tot hem een bode, zeggende: Ga heen en was u zevenmaal in de Jordaan, en uw vlees zal u wederkomen, en gij zult rein zijn.
    11 Maar Naaman werd zeer toornig, en toog weg, en zeide: Zie, ik zeide bij mijzelven: Hij zal zekerlijk uitkomen, en staan, en den Naam des HEEREN, Zijns Gods, aanroepen, en zijn hand over de plaats strijken, en den melaatse ontledigen.
    12 Zijn niet Abana en Farpar, de rivieren van Damaskus, beter dan alle wateren van Israel: zou ik mij in die niet kunnen wassen en rein worden? Zo wendde hij zich, en toog weg met grimmigheid.
    13 Toen traden zijn knechten toe, en spraken tot hem, en zeiden: Mijn vader, zo die profeet tot u een grote zaak gesproken had, zoudt gij ze niet gedaan hebben? Hoeveel te meer, naardien hij tot u gezegd heeft: Was u, en gij zult rein zijn?
    14 Zo klom hij af, en doopte zich in de Jordaan zevenmaal, naar het woord van den man Gods: en zijn vlees kwam weder, gelijk het vlees van een kleinen jongen: en hij werd rein.
    15 Toen keerde hij weder tot den man Gods, hij en zijn ganse heir, en kwam, en stond voor zijn aangezicht en zeide: Zie, nu weet ik, dat er geen God is op de ganse aarde, dan in Israel! Nu dan, neem toch een zegen van uw knecht.
    16 Maar hij zeide: Zo waarachtig als de HEERE leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, indien ik het neme! En hij hield bij hem aan, opdat hij het nam, doch hij weigerde het.
    17 En Naaman zeide: Zo niet: laat toch uw knecht gegeven worden een last aarde van een juk muildieren: want uw knecht zal niet meer brandoffer of slachtoffer aan andere goden doen, maar den HEERE.
    18 In deze zaak vergeve de HEERE uw knecht: wanneer mijn heer in het huis van Rimmon zal gaan, om zich daar neder te buigen, en hij op mijn hand leunen zal en ik mij in het huis van Rimmon nederbuigen zal: als ik mij alzo nederbuigen zal in het huis van Rimmon, de HEERE vergeve toch uw knecht in deze zaak.
    19 En hij zeide tot hem: Ga in vrede. En hij ging van hem een kleine streek lands.
  • U bevindt zich hier:  
  • Start
  • Prekenarchief
  • 1996-06-09

Zoeken

Filters changed, please click to submit when done

Live meeluisteren

Kerktijden

04 okt 2023;
19:30 - 21:00
ds. J. Lohuis - Bijbellezing
08 okt 2023;
09:30 - 11:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst
08 okt 2023;
14:30 - 16:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst
15 okt 2023;
09:30 - 11:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst
15 okt 2023;
14:30 - 16:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst
18 okt 2023;
19:30 - 21:00
ds. J. Lohuis - Bijbellezing
22 okt 2023;
09:30 - 11:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst
22 okt 2023;
14:30 - 16:00
ds. J. Lohuis - Reguliere dienst

Indexen

Klik op een link om een prekenindex te openen

Prekenindex totaal tot 2023

Prekenindex 2022

Prekenindex 2021

Prekenindex 2020

Prekenindex 2019

Prekenindex 2018

Prekenindex 2017

Prekenindex 2016

Prekenindex 2015

Prekenindex 2014

Prekenindex 2013

Prekenindex 2012

Prekenindex 2011

Prekenindex 2010

Prekenindex 2009

Prekenindex 2008

Prekenindex 2007

Prekenindex 2006

Prekenindex 2005

Prekenindex 2004

Prekenindex 2003

Prekenindex 2002

Prekenindex 2001

Prekenindex 2000

Prekenindex 1999

Prekenindex 1998

Prekenindex 1997

Prekenindex 1996

Prekenindex 1995

Prekenindex 1993

Prekenindex 1991

 


Privacy verklaring Hervormde Gemeente Scherpenisse

 

Terug naar boven

© 2023 Hervormde Gemeente Scherpenisse